
Werkgevers mogen vanaf 1 januari 2030 geen geld meer inhouden op het minimumloon voor huisvestingskosten. Dat staat in een ontwerpbesluit dat minister Eddy van Hijum (Sociale Zaken en Werkgelegenheid, NSC) vandaag in internetconsultatie heeft gebracht. Publieke reacties kunnen tot 6 juni worden ingediend.
De maatregel raakt met name sectoren waarin veel arbeidsmigranten werkzaam zijn. Momenteel is het toegestaan om maximaal 25% van het wettelijk minimumloon in te houden op het salaris van werknemers, onder meer voor huisvesting. Dit percentage wordt vanaf 2026 jaarlijks met 5 procentpunt verlaagd, totdat het in 2030 op nul uitkomt.
Afschaffing moet misbruik tegengaan
Volgens Van Hijum leidt de huidige mogelijkheid tot inhoudingen tot risico’s op uitbuiting. “De inhoudingsmogelijkheid kan een verdienmodel in de hand werken waarbij arbeidsmigranten worden uitgebuit,” staat in de toelichting. Daarom kiest het kabinet voor een geleidelijke afbouw. In 2026 mag nog slechts 20% worden ingehouden, in 2027 15%, en zo verder tot de regeling in 2030 volledig is afgeschaft.
De regeling maakt deel uit van bredere maatregelen die erop gericht zijn de positie van arbeidsmigranten in Nederland te verbeteren, onder meer op het gebied van huisvesting en arbeidsomstandigheden. Uit diverse rapporten bleek eerder dat sommige werkgevers onevenredig veel kosten in rekening brengen voor onderdak, waardoor migranten onder het bestaansminimum leven.
Reageren tot 6 juni
Het voorstel is gepubliceerd via de website voor internetconsultaties van de Rijksoverheid. Burgers, werkgevers, belangenorganisaties en andere belangstellenden kunnen tot en met 6 juni 2025 een reactie indienen.
Na verwerking van de consultatiereacties kan het kabinet het voorstel definitief maken. De verwachting is dat het besluit later dit jaar in de ministerraad wordt behandeld.
Een Blik op Fiscaliteit
De dymanische wereld van belastingen nader bekeken.
