
In het nieuwste rapport van de Studiegroep Begrotingsruimte klinkt een duidelijke waarschuwing: het volgende kabinet moet structureel € 7 miljard op jaarbasis vinden. Dat bedrag is geen politieke wens, maar een harde noodzaak om de overheidsfinanciën beheersbaar te houden in een tijd van vergrijzing, stijgende zorgkosten en toenemende internationale onzekerheid. Maar waar moet dat geld vandaan komen? En wat zijn de implicaties voor burgers, bedrijven en het fiscale beleid?
Niet achterover leunen bij een lage staatsschuld
Nederland heeft op dit moment een relatief lage staatsschuld: rond de 50% van het bruto binnenlands product (bbp). Dat lijkt comfortabel, zeker in vergelijking met andere Europese landen. Toch waarschuwt de Studiegroep Begrotingsruimte dat dit geen vrijbrief is om door te gaan met hoge uitgaven. Integendeel: het huidige uitgavenniveau is op termijn niet houdbaar, omdat structurele kosten – vooral voor zorg en AOW – blijven toenemen.
Bovendien is het rentevoordeel van de afgelopen jaren aan het verdwijnen. Lagere rente zorgde voor een tijd lang voor lage rentelasten op de staatsschuld, maar die tijden keren langzaam om. Als de overheid niet op tijd ingrijpt, lopen de uitgaven harder op dan de inkomsten, wat uiteindelijk dwingt tot abruptere, pijnlijke bezuinigingen. Voorkomen is beter dan genezen, stelt de Studiegroep.
De € 7 miljard is geen boekhoudkundige truc
De voorgestelde structurele taakstelling van € 7 miljard betekent dat het kabinet keuzes moet maken die jaar in, jaar uit geld opleveren. Tijdelijke maatregelen of incidentele meevallers helpen niet. Het gaat om maatregelen met een blijvend effect op het begrotingssaldo. Denk aan het hervormen van uitgavencategorieën zoals zorg en sociale zekerheid, of aan het afschaffen van belastingvoordelen zonder aantoonbaar effect.
Die benadering vraagt om politieke durf. Het huidige begrotingsbeleid is steeds afhankelijker geworden van incidentele fondsen, zoals het Klimaatfonds of het Nationaal Groeifonds. Die aanpak biedt flexibiliteit, maar leidt ook tot versnippering. Structurele keuzes worden uitgesteld. Dat moet anders, stelt de Studiegroep.
Waar liggen de mogelijke oplossingen?
De € 7 miljard moet ergens vandaan komen. De Studiegroep noemt geen exacte maatregelen, maar wijst wel op richtingen die logisch zijn – en onvermijdelijk lijken.
Beheersing van de zorguitgaven
De zorg is inmiddels goed voor meer dan 10% van het bbp. Zonder ingrijpen stijgen die kosten de komende decennia fors door. Mogelijke maatregelen zijn het versoberen van pakketten, hogere eigen bijdragen of strengere toelating van dure behandelingen. Geen makkelijke keuzes, maar volgens de Studiegroep wel noodzakelijk.
Hervorming van de AOW en pensioenen
De koppeling van de AOW aan het minimumloon drijft de kosten op. Daarnaast leeft Nederland steeds langer. Het aanpassen van de AOW-leeftijd of de indexatie zou een aanzienlijke besparing kunnen opleveren.
Afschaffen van inefficiënte belastinguitgaven
Jaarlijks lopen belastingvoordelen op tot tientallen miljarden euro’s. Veel van die regelingen worden onvoldoende geëvalueerd. Hier ligt ruimte voor sanering: alleen fiscale regelingen met bewezen effectiviteit verdienen een plek.
Verhogen belastingopbrengsten
Hoewel impopulair, is het verhogen van bepaalde belastingen ook een optie. De Studiegroep pleit op andere plekken in het rapport voor een verschuiving van belasting op arbeid naar belasting op consumptie en vermogen.
Conclusie: structurele keuzes zijn onvermijdelijk
De oproep van de Studiegroep Begrotingsruimte is helder: schuif de rekening niet door. Als Nederland zijn overheidsfinanciën op orde wil houden, moeten we nú beginnen met structurele keuzes. Dat vraagt om politieke moed én fiscale scherpte. Voor iedereen die zich bezighoudt met belastingbeleid, is het moment aangebroken om mee te denken – en voor te sorteren.
Heb jij vragen over specifieke belastingvoordelen?

