Belastingmaatregelen zorgden in januari 2019 voor stijgende prijzen. Van de prijsstijging in januari 2019 van 2,2 procent kan maximaal 1,2 procentpunt veroorzaakt zijn door een verhoging van de belastingen. Dat blijkt uit de consumentenprijsindex van het CBS.
Grootste stijging sinds 2013
De stijging van de consumentenprijzen met 2,2 procent is de grootste stijging sinds september 2013. In 2013 werd het hoge btw-tarief verhoogd en vonden er ook andere belastingwijzigingen plaats. Nu is de opwaartse druk het gevolg van de aanpassing van het lage btw-tarief van 6 naar 9 procent.
Effect verhoging lage btw-tarief
De aanpassing van het lage btw-tarief houdt in dat voor iedere 100 euro aan boodschappen, waarop het lage btw-tarief van toepassing is, 2,83 euro meer aan btw moet worden betaald. Of de consument deze kostenstijging terugziet, is volgens het CBS ook afhankelijk van andere factoren als inkoopkosten, personeelskosten en marges.
Prijzen energie
De prijzen van energie zijn ook flink gestegen. In januari was elektriciteit 20 procent duurder dan een jaar eerder. Gas was in januari ruim 15 procent duurder dan vorig jaar. De verhoogde energiebelasting had een opwaartse druk op de prijzen. Naast deze belasting gingen ook de leveringskosten omhoog.
Andere belastingen
Tot slot gingen ook belastingen op leidingwater en motorrijtuigenbelasting omhoog. Gemeentelijke heffingen stegen, alsmede de accijnzen op autobrandstoffen en tabak. Aan de andere kant gingen ook een aantal belastingen omlaag. Zo werden sommige sporten vrijgesteld van btw en ging de hondenbelasting omlaag.
