
De Nederlandse rijksoverheid werkt steeds vaker met aparte fondsen voor beleidsterreinen als klimaat, stikstof of innovatie. Denk aan het Klimaatfonds, Nationaal Groeifonds of het Transitiefonds Landelijk Gebied. Deze aanpak biedt flexibiliteit, maar volgens de 18e Studiegroep Begrotingsruimte is fondsvorming ook niet zonder risico’s. De wildgroei aan potjes maakt het begrotingsbeleid namelijk minder overzichtelijk, minder controleerbaar en minder effectief. Voor fiscaal en financieel professionals wordt het daardoor steeds lastiger om grip te houden op het totaalbeeld van het overheidsbeleid.
Wat zijn die aparte fondsen precies?
Aparte fondsen zijn budgetten buiten de reguliere begrotingsstructuur. Ze worden vaak opgezet voor specifieke langetermijndoelen en kennen een meerjarige looptijd. Voorbeelden zijn:
- Het Klimaatfonds (ruim €35 miljard tot 2030),
- Het Nationaal Groeifonds (inzet op kennis, infrastructuur, innovatie),
- Het Transitiefonds Landelijk Gebied (gericht op stikstofaanpak en natuurherstel).
In tegenstelling tot reguliere uitgaven vallen fondsen vaak buiten het standaard uitgavenkader en worden ze apart beoordeeld en verantwoord.
Waarom kiest de overheid voor fondsvorming?
Er zijn legitieme redenen om te werken met aparte fondsen:
- Ze bieden langjarige financieringszekerheid voor beleid dat meerdere kabinetsperiodes bestrijkt;
- Ze creëren beleidsruimte buiten de jaarlijkse begrotingscyclus;
- Ze zorgen voor focus op urgente maatschappelijke opgaven zoals klimaatverandering of stikstofreductie.
In die zin zijn fondsen een nuttig instrument. Maar de Studiegroep wijst erop dat ze ook leiden tot minder centrale sturing en verlies aan begrotingseenheid.
Het risicovan fondsvorming: versnippering en gebrek aan overzicht
De Studiegroep waarschuwt voor een toenemende fragmentatie van het begrotingsbeleid. Door de toename van fondsen raakt het zicht op het totaalplaatje zoek. Beleidsdoelen, geldstromen en verantwoording zijn verspreid over tientallen aparte kaders.
Dat maakt het voor het parlement lastig om goed toezicht te houden. Maar ook fiscaal en financieel adviseurs, beleidsmedewerkers en ondernemers hebben minder duidelijkheid over de herkomst, bestemming en voorwaarden van publieke middelen.
Minder controleerbaar, minder wendbaar
Fondsen vallen regelmatig buiten de gebruikelijke begrotingsregels. Hierdoor gelden er afwijkende verantwoordingseisen, andere verantwoordingsmomenten en aparte uitvoeringslijnen. Dit zorgt voor minder transparantie richting Kamer en samenleving.
Ook wordt het begrotingsbeleid minder wendbaar. In tijden van tegenvallers zijn fondsen moeilijker aan te passen dan reguliere uitgaven. Zo ontstaat het risico dat beleidsprioriteiten verstarren, terwijl de omstandigheden veranderen.
Wat adviseert de Studiegroep?
De Studiegroep doet duidelijke aanbevelingen:
- Beperk het aantal fondsen en gebruik ze alleen als het beleidsmatig noodzakelijk is.
- Zorg voor betere integratie met de reguliere begroting, zodat Kamerleden, ambtenaren en burgers het overzicht houden.
- Verbeter de verantwoordingsstructuur rond fondsen: één standaard, één format, één moment van toetsing.
- Evalueer fondsen periodiek op effectiviteit, net als gewone begrotingsprogramma’s.
Kortom: fondsen zijn geen probleem op zich, maar moeten wel passen binnen een helder, controleerbaar begrotingsstelsel.
Wat betekent fondsvorming voor fiscaal en financieel professionals?
Voor adviseurs in het mkb of de adviespraktijk is het belangrijk te weten waar kansen liggen binnen fondsen, en wat de risico’s zijn. Projectfinanciering, fiscale stimulansen of subsidiekoppelingen lopen steeds vaker via fondsen in plaats van via klassieke begrotingslijnen.
Professionals die hun klanten goed willen adviseren, moeten deze ontwikkelingen dus volgen, kritisch beoordelen en vertalen naar praktische inzichten. Tegelijk groeit de vraag naar overzicht, duiding en controle — en dat vraagt om scherpe analyse.
Conclusie: minder potjes, meer overzicht
De rijksbegroting raakt steeds meer versnipperd door het groeiend aantal fondsen. Volgens de Studiegroep Begrotingsruimte tast dat de transparantie en bestuurbaarheid van het begrotingsbeleid aan. Minder potjes, meer overzicht is daarom de kern van het advies. Voor fiscaal en financieel professionals betekent dit: blijf alert, duid de impact voor je klanten en anticipeer op beleidswijzigingen die voortkomen uit herstructurering van de begroting.
Heb jij vragen over het Klimaatfonds, Nationaal Groeifonds of het Transitiefonds Landelijk Gebied?

