
Het Nederlandse belastingstelsel staat deze week nadrukkelijk op het stembiljet. Het Financieele Dagblad schetste recent hoe partijen van links tot rechts het belastingstelsel willen vereenvoudigen, hervormen of juist bijstellen. In deze samenvatting zetten we de belangrijkste lijnen naast elkaar. Zonder stemadvies, maar wel met oog voor samenhang en uitvoerbaarheid. Want aanpassingen raken niet alleen tarieven en schijven, maar ook toeslagen, heffingskortingen en de capaciteit van de Belastingdienst.
Waarom het belastingstelsel centraal staat
Het belastingstelsel is door jarenlange reparaties complex geworden. Partijen erkennen dat. Tegelijk is de uitvoerbaarheid een harde randvoorwaarde. De Belastingdienst werkt nog aan herstel en modernisering. Daardoor kiezen sommige partijen voor een grote sprong, terwijl andere inzetten op behapbare stappen. Dat spanningsveld bepaalt de toon van veel programma’s.
Werk en schijven: terugkeer van tariefstructuur
In box 1 maken schijven een duidelijke comeback. Het CDA schuift naar vier schijven. GroenLinks-PvdA gaat naar vijf. Volt gaat het verst met zeven. Het doel: voorspelbaarder nettolijnen en minder afhankelijkheid van heffingskortingen. Tegelijk komt er variatie in de omgang met kortingen. GroenLinks-PvdA verhoogt de algemene heffingskorting en verlaagt de arbeidskorting. D66 en GroenLinks-PvdA introduceren bovendien een verzilverbare basiskorting, zodat ook lage inkomens profiteren. Het CDA maakt kortingen juist inkomensonafhankelijk, verlaagt ze en bevriest ze tot 2030, gecompenseerd door lagere tarieven. De kern: meer schijven in het belastingstelsel, minder grilligheid via kortingen, maar met verschillende routekaarten.
Vermogen, woning en box 3
Vier partijen – GroenLinks-PvdA, D66, ChristenUnie en Volt – verhogen de lasten op vermogen en winst. Zij verkennen een kale vermogensbelasting: een jaarlijkse heffing puur op basis van vermogen. De SP steunt dat idee eveneens. Daarnaast willen GroenLinks-PvdA, D66 en ChristenUnie de hypotheekrenteaftrek stapsgewijs afbouwen; het CDA ook, maar langzamer. Daarmee verschuift de balans in het belastingstelsel richting werk belonen en vermogen zwaarder laten bijdragen. In box 3 lopen de accenten uiteen: enkele partijen willen vooral vereenvoudigen; anderen leggen nadruk op lastenverdeling.
Toeslagen en kortingen: drie routes naar eenvoud
Drie partijen kiezen voor een radicale hertekening van het belastingstelsel door het toeslagenstelsel te slopen en te vervangen:
ChristenUnie schaft algemene heffingskorting, zorgtoeslag, kinderbijslag en kindgebonden budget af, hervormt de huurtoeslag en introduceert een verzilverbare basiskorting per volwassene plus een kinderkorting. De arbeidskorting maakt plaats voor een werkendenkorting.
Volt stopt met toeslagen, aftrekposten en bijna alle heffingskortingen. Daarvoor in de plaats komt een inkomensonafhankelijke huishoudtoelage met vaste bedragen per huishouden, volwassene en kind, plus extra ondersteuning voor alleenstaande ouders.
JA21 schrapt toeslagen en veel kortingen, maar kiest niet voor uitkeringen. In plaats daarvan komt er een belastingvrije som voor de eerste €20.000 en lagere tarieven daarboven.
Deze routes delen hetzelfde doel: eenvoud in het belastingstelsel. De instrumenten verschillen echter sterk.
VVD, PVV en BBB: lijn en lacunes
De VVD kiest voor uitvoerbaarheid en beperkt de koerswijziging. De partij brengt het toptarief eerder in, verlaagt het tarief in de eerste schijf en verlaagt de druk op box 3. Ook wil de VVD de tijdelijke accijnsverlaging op brandstof verlengen. De PVV houdt de fiscale agenda compact: lagere btw op levensmiddelen, hogere btw op cultuur, afschaffing van de expatregeling. BBB presenteert nauwelijks een uitgewerkte belastingparagraaf. Daardoor verschilt de mate van detail en ambitie per partij, met – wederom – uitvoerbaarheid als onderliggende factor.
Losse fiscale accenten
Meerdere partijen kleuren het belastingstelsel met specifieke voorstellen. Denk aan het uitfaseren van de hypotheekrenteaftrek (meerdere partijen), een win-winlening in box 3 voor mkb-financiering (CDA), starterssparen in box 3 (VVD), en verzilverbare kortingen om niet-werkenden of lage inkomens te bereiken (GL-PvdA, D66). Daarnaast klinken praktische ideeën, zoals proactieve teruggave aan minima of fiscaal ruimte bieden voor woningdelen.
Conclusie: drie richtingen
Een breed gedeelde blauwdruk voor het belastingstelsel ontbreekt nog. Wel tekenen zich drie richtingen af: meer schijven en minder kortingen, zwaardere heffing op vermogen, of een radicale vervanging van toeslagen. Welke mix het wordt, hangt af van de formatieafspraken na de stembusgang van deze week. De inzet is groot: eenvoud, voorspelbaarheid en uitvoerbaarheid in één stelsel verenigen.
Heb jij ook vragen over het belastingstelsel?



