Het kabinet wil een einde maken aan “Nederland doorstroomland”. De Parlementaire ondervragingscommissie Fiscale Constructies heeft in 2017 onderzoek gedaan naar het via brievenbusfirma’s laten doorstromen van geld en het met gebruikmaking van trustkantoren wegsluizen van particulier vermogen naar ondernemingen in het buitenland. Over dit verslag werd gisteren door de Tweede Kamer gedebatteerd.
Geest van de wet
De parlementaire ondervragingscommissie concludeert dat de trustsector wel naar de letter, maar niet naar de geest van wettelijke eisen handelt. Kamerlid Mulder van PVV stelt dat de trustsector is ontaard in een industrie voor fiscalisten en juristen.
Fundamentele hoofdvraag
Moeten we zo’n trustsector wel willen? Dat is volgens Nijboer van PvdA de ‘fundamentele hoofdvraag’. Minister Hoekstra wil liever kijken of het met een aangescherpt beleid acceptabel kan worden. Elke belastingbetaler heeft het recht om binnen de grenzen van de wet zo min mogelijk belasting te betalen, voegt staatssecretaris Menno Snel toe.
Wetgevingskalender
Om een einde te maken aan de brievenbusfirma’s zijn volgens de staatssecretaris ook internationaal grote stappen gezet. Bruins van ChristenUnie vraagt om een concrete lijst van maatregelen tegen belastingontduiking en –ontwijking, inclusief tijdpad. Snel belooft hierop een wetgevingskalender bij het komende Belastingplan.
Maatregelen
Staatssecretaris Snel wil eerst kijken of de aangekondigde maatregelen effect sorteren. Woordvoerders van andere partijen geloven dat er meer nodig is. Zo wordt er gevraagd naar een jaarlijkse rapportage over de omvang van het doorstroomgeld en meer menskracht bij De Nederlandsche Bank voor het toezicht op de trustsector. Ook is er vraag naar een verzwaring van de bewijslast en een interne code voor belastingadviseurs.
De Kamer stemt op 11 september over de ingediende moties.
