Accountantskantoren Deloitte en KPMG schikken samen voor €25 miljoen in de affaire rond woningcorporatie Vestia. Daarmee komt een einde aan de lopende rechtszaken tegen de accountants die goedkeuring gaven aan de boekhouding van miljarden aan rentederivaten. Dat heeft Vestia afgelopen vrijdag bekendgemaakt.
Het derivatenschandaal
De twee kantoren erkennen geen schuld of aansprakelijkheid voor de gemaakte schade. Ook is niet bekend welk kantoor welk deel van de miljoenen betaalt. Deloitte gaat helemaal niet in op de schikking en verwijst naar Vestia. Van 2000 tot 2009 was Deloitte verantwoordelijk voor de controle van de boeken daarna nam KPMG het over, dat schrijft het FD.
De schade door het derivatenschandaal bedroeg uiteindelijk zo’n €2,5 miljard. De ingewikkelde producten moesten de corporatie juist beschermen tegen rentestijgingen. De portefeuille was op het hoogtepunt vele malen groter dan de kredieten die Vestia had aangetrokken. Door de dalende rente kwam de corporatie uiteindelijk in 2012 in grote problemen. Branchegenoten sprongen uiteindelijk financieel bij.
Eerdere schikkingen
Het bedrag is voor zover bekend een van de hogere schikkingsbedragen voor een accountantskantoor. Eerder was er een schikking van EY in 2013 met beleggers in IT-onderneming Landis. Dat zou de accountant naar verluidt tientallen miljoenen hebben gekost. Plus daarbovenop nog €11,5 miljoen voor de curatoren.
In 2016 betaalde PWC €25 miljoen aan de curatoren van Ecoconcern en $27,5 miljoen aan beleggers in megafraudeur Madoff. Het omvallen InnoConcepts kostte Deloitte in 2010 €6,5 miljoen voor beleggers en een deel van een schikking met curatoren van €18 miljoen. Deloitte en KPMG kochten bij de grote boekhoudfraudes rond Ahold en Imtech hun aansprakelijkheid ook, hoeveel precies is nooit bekendgemaakt.
En dan was er nog het faillissement van levensverzekeraar Vie d’Or. Dat kostte Deloitte en de betrokken actuaris in 2009 gezamenlijk €38,5 miljoen.
Rechtszaken Vestia
De affaire rond Vestia zorgde voor een flink aantal rechtszaken. Zowel bij de strafrechter als een reeks aan schadeclaims. In de schadeclaims schikte de corporatie de afgelopen jaren al met een aantal banken die de producten verkochten. Onder wie ABN Amro, Fortis en Deutsche Bank. Bij een aantal banken bekijkt de corporatie nog of schade te claimen is.
In 2016 kreeg Vestia €4,8 miljoen van voormalig topman Erik Staal en zes commissarissen die verantwoordelijk waren voor het toezicht ten tijde van het schandaal. In 2017 kwam de rechter tot het oordeel dat de voormalig kasbewaarder Marcel de Vries €11,5 miljoen moest terugbetalen vanwege onvoldoende overzicht over de derivatenportefeuille.
De vries kreeg vorig jaar 36 maanden cel voor het aannemen van steekpenningen van tussenpersoon Arjan Greeven. Greeven kreeg 30 maanden gevangenisstraf. Het hoger beroep in hun zaak loopt nog, aldus het FD.
