
De Tweede Kamer heeft op 12 juni ingestemd met de zogenoemde Wet tegenbewijsregeling box 3. Daarmee wordt een belangrijke stap gezet in het herstel van de vermogensrendementsheffing na het beruchte Kerstarrest van de Hoge Raad. Belastingplichtigen krijgen hiermee de wettelijke mogelijkheid om aan te tonen dat hun werkelijke rendement op spaargeld en beleggingen lager was dan het door de fiscus gehanteerde forfaitair rendement.
Werkelijk rendement versus forfaitair model
Centraal in de nieuwe wet staat het formulier Opgaaf werkelijk rendement, waarmee belastingplichtigen zelf hun lagere werkelijke rendement kunnen onderbouwen. Dat formulier wordt naar verwachting vanaf zomer 2025 beschikbaar. Wie daarin slaagt, betaalt belasting op basis van het lagere rendement in plaats van het forfait dat standaard wordt toegepast in box 3 van de inkomstenbelasting.
De wet sluit daarmee aan bij eerdere uitspraken van de Hoge Raad, waarin werd geoordeeld dat belasting op fictieve rendementen oneerlijk kan zijn. In navolging daarvan heeft het kabinet besloten om belastingplichtigen de mogelijkheid te geven tot tegenbewijs. Tegelijk biedt de wet extra duidelijkheid over hoe het werkelijke rendement moet worden berekend, voor gevallen waarin de rechtspraak geen uitsluitsel geeft.
Tijdelijk vangnet tot nieuw stelsel
De nieuwe regeling geldt met terugwerkende kracht voor het aanvullende herstel over de jaren 2017 t/m 2020 en voor aanslagen vanaf 2021 waarvan de definitieve oplegging is uitgesteld. Ook geldt de regeling vooruitlopend op het nieuwe box 3-stelsel, dat naar verwachting pas na 2028 wordt ingevoerd. Tot die tijd fungeert de tegenbewijsregeling als structurele tussenoplossing.
Belastingdienst vreest druk op uitvoering
De Belastingdienst waarschuwt voor aanzienlijke uitvoeringsproblemen. Er is veel extra personeel nodig om het nieuwe proces aan te kunnen, en als die capaciteit er niet komt, moet het bestaande werk worden herverdeeld of uitgesteld. Ook brengt de regeling complexe eisen met zich mee voor burgers, die gedetailleerde gegevens moeten aanleveren over hun werkelijke rendement. De extra regellast is fors, maar volgens het kabinet noodzakelijk om tegemoet te komen aan de rechtsbescherming van burgers.
Inwerkingtreding per 1 juli 2025
De wet treedt in werking bij Koninklijk Besluit. Het kabinet streeft naar een invoeringsdatum van 1 juli 2025. Tegen die tijd moeten het digitale formulier en de uitvoering gereed zijn. Tot dan blijft de Belastingdienst werken met uitstel en voorlopige aanslagen voor de betrokken belastingjaren.
Nextens Naslag
Met Nextens Naslag ben je altijd op de hoogte van de laatste fiscale ontwikkelingen!
