
Het Belastingplan 2026 bevat fiscale maatregelen die samenhangen met de begroting voor het komende jaar. Het pakket bevat zowel lastenmaatregelen, technische reparaties als aanpassingen die voortkomen uit rechterlijke uitspraken. Raymond Barkman en Samira El Bannani van Nextens keken naar de verschillende belastingsoorten.
Maatregelen voor de inkomstenbelasting
Het kabinet stelt voor om gelieerde partijen die onzakelijk handelen uit te sluiten van de toepassing van de leegwaarderatio. Verder wordt het forfait in box 3 voor de categorie ‘overige bezittingen’ verhoogd naar 7,78%, terwijl het heffingsvrije vermogen omlaaggaat naar € 51.396.
De tabelcorrectiefactor (TCF) wordt beperkt toegepast, waardoor schijven en heffingskortingen slechts gedeeltelijk geïndexeerd worden. Daarnaast worden de tarieven in de eerste en tweede schijf van box 1 aangepast om hogere zorgpremies te compenseren.
Overige maatregelen
De verwijzingen naar oude SBI-codes worden geactualiseerd naar de nieuwe indeling (SBI 2025). Daarnaast worden knelpunten in de Wet toekomst pensioenen gerepareerd, waaronder de behandeling van overbruggingspensioenen, prepensioenen en wezenpensioenen.
Maatregelen voor de loonbelasting
De bijtellingsregeling voor de (elektrische) fiets wordt verduidelijkt: ook deel- en hubfietsen vallen voortaan buiten de bijtelling. Daarnaast wordt de RVU-drempelvrijstelling structureel gemaakt en verhoogd. Voor uitkeringen boven de vrijstelling geldt een hogere heffing. Verder komt er vanaf 2027 een normering van de zakelijke leasemarkt, waarbij alle leaseauto’s emissievrij moeten zijn. Voor niet-emissievrije auto’s geldt een pseudo-eindheffing van 52%.
Maatregelen voor de omzetbelasting
De afschaffing van het verlaagde btw-tarief voor cultuur, media en sport wordt teruggedraaid. Het lage tarief van 9% blijft daardoor van toepassing op onder andere concerten, theater, musea en sportbeoefening. Voor logies, zoals hotelovernachtingen, blijft het tarief van 21% gelden.
Maatregelen voor de vennootschapsbelasting
In de vennootschapsbelasting wordt de minimumkapitaalregel technisch aangepast om misbruik te voorkomen. Daarnaast wordt de Wet minimumbelasting 2024 aangepast met aanvullende OESO-richtsnoeren en technische wijzigingen.
Maatregelen voor de schenk- en erfbelasting
De Successiewet wordt aangepast naar aanleiding van rechtspraak. Breukdelengemeenschappen en biologische kinderen buiten huwelijk worden gelijkgetrokken. De aangiftetermijn voor erfbelasting gaat van acht naar twintig maanden en de 180-dagenregeling wordt vereenvoudigd: een schenking binnen 180 dagen voor overlijden telt alleen mee in de erfbelasting en niet meer in de schenkbelasting.
Maatregelen voor de autobelastingen
De jaarlijkse aanscherping van de bpm blijft van kracht. Emissievrije auto’s krijgen tijdelijk een hogere korting in de mrb (30% voor 2026-2028). De kwarttarieven in de mrb worden in 2028 beëindigd. Voor emissievrije bijzondere voertuigen geldt een vaste voet van € 667 en voor motorfietsen € 200, beide tot 2031. De Wet vrachtwagenheffing treedt naar verwachting in 2026 in werking, waarmee de oude teruggaveregeling vervalt.
Maatregelen voor accijnzen en verbruiksbelasting
De uitzondering in de verbruiksbelasting van alcoholvrije dranken blijft alleen bestaan voor pure melk- en sojadranken. Andere varianten vallen voortaan onder de belasting.
Wijzigingen formeel belastingrecht
Het inzagerecht in fiscale dossiers, opgenomen in artikel 66a AWR, wordt aangepast om uitvoerbaar te zijn voor de Belastingdienst.
Studio Nextens
Zoals altijd traditioneel de dag na Prinsjesdag bespreken we met experts de fiscale gevolgen van Prinsjesdag. Met een demissionair kabinet belooft het een andere Prinsjesdag dan anders te worden. Niet alle plannen voor 2026 kunnen worden gepresenteerd, maar sommige fiscale veranderingen liggen al vast. Ronnie Overgoor ontvangt Rosalinde van Putt (Ministerie van Financiën) en Sybren Christians (Fiscount) en bespreekt met hun de (fiscale) plannen, uitdagingen en kansen voor 2026. Meld je hier Gratis aan.